Deze publicatie maakt gebruik van cookies

We gebruiken functionele en analytische cookies om onze website te verbeteren. Daarnaast plaatsen derde partijen tracking cookies om gepersonaliseerde advertenties op social media weer te geven. Door op accepteren te klikken gaat u akkoord met het plaatsen van deze cookies.
Justin Thomson, CIO International Equity, bij T. Rowe Price 

Beurs

In de afgelopen kwartalen heeft op de financiële markten een verschuiving plaatsgevonden. Het beleggingsklimaat is van desinflatie, zeer lage rente en lage volatiliteit overgestapt naar stijgende inflatie, oplopende rente en hoge volatiliteit. De belangrijkste verandering is misschien wel dat het tijdperk van hoge bedrijfswaarderingen voorbij is.

Lessen uit het verleden: ‘Great Inflation’

In het midden van de jaren zestig begon de inflatie te stijgen na een lange periode van lage inflatie. De inflatie bleef stijgen in de jaren zeventig en begin jaren tachtig; een periode die bekend werd als de ‘Great Inflation’. Wat dat betreft zijn er overeenkomsten met het heden. De huidige inflatiestijging begon, net als die van een halve eeuw geleden, na een lange periode van lage inflatie. Schokken in de wereldwijde energie- en voedselprijzen verergerden het probleem in de jaren zeventig, net als nu. Krijgen we opnieuw een Great Inflation? Ik denkt het niet. Ondanks de overeenkomsten tussen het heden en de jaren zeventig en tachtig, zijn er ook belangrijke verschillen. In de jaren zeventig stond de Fed onder zware druk om een anti-inflatiebeleid te vermijden dat de groei zou vertragen; tegenwoordig is de Amerikaanse centrale bank, de Fed, net als de meeste centrale banken, 'onafhankelijk’ en geniet de huidige voorzitter van de Fed aanzienlijke steun van de politiek om de inflatie terug te dringen. 

Een jaar geleden stonden de aandelenmarkten er mooi voor. De AEX had een nieuw record gevestigd op 827. Techaandelen werden toen nog gevraagd. Tijdens de BeleggersFair staken de goeroes Martine Hafkamp, Nico Bakker, John Beijer en Salah Bouhmidi hun nek uit door onder meer de volgende aandelen te tippen: ASML, Volkswagen, Nestle, ING, Shell en Flow Traders. 

Het zou niet eerlijk zijn om de verliezen de goeroes aan te wrijven. De ellende op de beurs is vooral ontstaan na de invasie van Rusland in Oekraïne en de daaropvolgende dreigende oorlogstaal, de explosieve stijging van de olie- en gasprijs en de daarbij horende omhoog schietende inflatie en rente. Er is een case op te bouwen dat de daling van de AEX beperkt zou zijn gebleven van 827 naar 739 zonder de invasie. De gevolgen van de invasie hebben daarna geleid tot een daling van de index naar 633. De eerste fase van de daling (88 punten ofwel 10,6% van 827) is dus slechts een fractie van de totale daling van 100% naar het huidige niveau.

De oorlogs-inflatie is er hard ingehakt. Centrale banken hebben de noodrem aangetrokken om de geldontwaarding tegen te gaan. Daarbij worden ze niet geholpen door de OPEC, die de productie heeft verlaagd om de effecten van een wereldwijde recessie op te vangen. Vanuit hun oogpunt hebben ze gelijk, maar het is verwerpelijk om de invasie op deze wijze te misbruiken. Het heeft zelfs een averechts effect. Het maakt de kans op een recessie aanmerkelijk groter. Ondernemers weten niet meer hoe zij de explosieve toename van de energiekosten kunnen doorberekenen. 

Tegen de achtergrond van de oorlog is het ondoenlijk om te voorspellen dat de markt toe is aan een stijging. Zonder invasie is het huidige niveau van de AEX een mooi instapmoment om alsnog te profiteren van de mooie tips die een jaar geleden zijn gegeven. Zonder rust aan het front kan de AEX zonder problemen met nog ongeveer 100 punten dalen. Ook zonder oorlog zal er een recessie komen. Die zal 6 tot 12 maanden duren, maar biedt wel mooie koopmomenten. Los van het oorlogsleed; het is wel een kopersmarkt, nu of over enkele kwartalen.

De proxy-oorlog tussen de Verenigde Staten en Rusland, met als inzet de Oekraïne, heeft een hoge tol geëist van de beleggers. Forse koersdalingen en een redelijk onzekere toekomst.

Een kopersmarkt(?)

Justin Thomson, CIO International Equity, bij T. Rowe Price 

In de afgelopen kwartalen heeft op de financiële markten een verschuiving plaatsgevonden. Het beleggingsklimaat is van desinflatie, zeer lage rente en lage volatiliteit overgestapt naar stijgende inflatie, oplopende rente en hoge volatiliteit. De belangrijkste verandering is misschien wel dat het tijdperk van hoge bedrijfswaarderingen voorbij is.

Lessen uit het verleden: ‘Great Inflation’

In het midden van de jaren zestig begon de inflatie te stijgen na een lange periode van lage inflatie. De inflatie bleef stijgen in de jaren zeventig en begin jaren tachtig; een periode die bekend werd als de ‘Great Inflation’. Wat dat betreft zijn er overeenkomsten met het heden. De huidige inflatiestijging begon, net als die van een halve eeuw geleden, na een lange periode van lage inflatie. Schokken in de wereldwijde energie- en voedselprijzen verergerden het probleem in de jaren zeventig, net als nu. Krijgen we opnieuw een Great Inflation? Ik denkt het niet. Ondanks de overeenkomsten tussen het heden en de jaren zeventig en tachtig, zijn er ook belangrijke verschillen. In de jaren zeventig stond de Fed onder zware druk om een anti-inflatiebeleid te vermijden dat de groei zou vertragen; tegenwoordig is de Amerikaanse centrale bank, de Fed, net als de meeste centrale banken, 'onafhankelijk’ en geniet de huidige voorzitter van de Fed aanzienlijke steun van de politiek om de inflatie terug te dringen. 

Een jaar geleden stonden de aandelenmarkten er mooi voor. De AEX had een nieuw record gevestigd op 827. Techaandelen werden toen nog gevraagd. Tijdens de BeleggersFair staken de goeroes Martine Hafkamp, Nico Bakker, John Beijer en Salah Bouhmidi hun nek uit door onder meer de volgende aandelen te tippen: ASML, Volkswagen, Nestle, ING, Shell en Flow Traders. 

Het zou niet eerlijk zijn om de verliezen de goeroes aan te wrijven. De ellende op de beurs is vooral ontstaan na de invasie van Rusland in Oekraïne en de daaropvolgende dreigende oorlogstaal, de explosieve stijging van de olie- en gasprijs en de daarbij horende omhoog schietende inflatie en rente. Er is een case op te bouwen dat de daling van de AEX beperkt zou zijn gebleven van 827 naar 739 zonder de invasie. De gevolgen van de invasie hebben daarna geleid tot een daling van de index naar 633. De eerste fase van de daling (88 punten ofwel 10,6% van 827) is dus slechts een fractie van de totale daling van 100% naar het huidige niveau.

De oorlogs-inflatie is er hard ingehakt. Centrale banken hebben de noodrem aangetrokken om de geldontwaarding tegen te gaan. Daarbij worden ze niet geholpen door de OPEC, die de productie heeft verlaagd om de effecten van een wereldwijde recessie op te vangen. Vanuit hun oogpunt hebben ze gelijk, maar het is verwerpelijk om de invasie op deze wijze te misbruiken. Het heeft zelfs een averechts effect. Het maakt de kans op een recessie aanmerkelijk groter. Ondernemers weten niet meer hoe zij de explosieve toename van de energiekosten kunnen doorberekenen. 

Tegen de achtergrond van de oorlog is het ondoenlijk om te voorspellen dat de markt toe is aan een stijging. Zonder invasie is het huidige niveau van de AEX een mooi instapmoment om alsnog te profiteren van de mooie tips die een jaar geleden zijn gegeven. Zonder rust aan het front kan de AEX zonder problemen met nog ongeveer 100 punten dalen. Ook zonder oorlog zal er een recessie komen. Die zal 6 tot 12 maanden duren, maar biedt wel mooie koopmomenten. Los van het oorlogsleed; het is wel een kopersmarkt, nu of over enkele kwartalen.

De proxy-oorlog tussen de Verenigde Staten en Rusland, met als inzet de Oekraïne, heeft een hoge tol geëist van de beleggers. Forse koersdalingen en een redelijk onzekere toekomst.

Een kopersmarkt(?)

Beurs