Deze publicatie maakt gebruik van cookies

We gebruiken functionele en analytische cookies om onze website te verbeteren. Daarnaast plaatsen derde partijen tracking cookies om gepersonaliseerde advertenties op social media weer te geven. Door op accepteren te klikken gaat u akkoord met het plaatsen van deze cookies.

VISIE 2022 na verdubbeling
AEX in 20 maanden

Technologie

Ondanks de gestegen inflatieverwachting en de te verwachten hogere rente zal ook de technologiesector van belang blijven. De sterkste spelers in deze sector kunnen wellicht tegen een herwaardering aanlopen als de rente oploopt, maar hun balansen zijn ijzersterk en hun producten heel erg nodig. 

Wat kunnen we verwachten? Van de volgende voorspelling komt waarschijnlijk toch niets uit, maar denk aan een sterke dollar, een wat hogere rente en grote onderlinge verschillen tussen aandelen. Een enorm waarderingsverschil tussen een beperkt aantal grote spelers en de achterblijvers is voorspelbaar. Beleggers mogen vervolgens waarschijnlijk tevreden zijn wanneer ze het jaar kunnen afsluiten met een positief rendement. Het gemiddelde rendement over de afgelopen drie jaar komt dan meer in de richting van het langjarig gemiddeld rendement dat je op aandelen mag verwachten. Dat is voor aandelen gemiddeld ergens rond 7-9% per jaar. 

Wanneer je de vooruitblik van allerlei deskundigen van bijvoorbeeld een jaar geleden erop naslaat, blijkt er weinig van al hun verwachtingen te zijn uitgekomen. Een jaar vooruit kijken is dan ook wel erg lang, maar goed. Het huidige jaar heeft nog een paar weken voor de boeg, maar lijkt ondanks de turbulentie van de laatste tijd op een mooi beleggingsresultaat af te stevenen met bovengemiddelde rendementen. Vorig jaar deed de AEX-index het vanaf maart ook al buitengewoon goed. Sinds de coronabodem – die iets onder de 400 punten lag – is de  AEX in een tijdsbestek van twintig maanden zo'n beetje verdubbeld in waarde. 

Deze ongekende rally werd aangezwengeld door een zeer ruim monetair beleid van de centrale banken en een zeer ruim fiscaal beleid van de overheden. Het eerste zijn we op de beurs al langer gewend. Feitelijk werd er mee begonnen tijdens de kredietcrisis in 2008. Het tweede hadden we sinds de economische crisis van de jaren 70-80 niet meer gezien. De gevolgen van dit ruime geldbeleid waren een historisch lage rente en een ware vloedgolf van geld richting economie en beurzen. Na verloop van tijd trad het economisch herstel in en kwamen ook de bedrijfsresultaten flink op stoom. Steeds weer bleken de gerapporteerde winsten stukken beter dan verwacht. Hoge winsten en een lage rente, geen wonder dat de beurzen stegen. De rally is daarmee wel verklaard en kwam niet uit de lucht vallen.

Alleen ontstaat er na zo'n forse rally gewoonlijk een vorm van euforie op de beurs. Nieuwe, onervaren beleggers treden toe. De koersen van diverse populaire aandelen worden tot ongekende hoogten opgedreven en er vindt na verloop van tijd een enorme concentratie plaats in een beperkte hoeveelheid succesvolle aandelen, de bekende namen die iedereen in zijn portefeuille heeft. Dat indices daardoor duur lijken komt door de niet bepaald goedkope zwaargewichten in die indices. Maar ondertussen blijkt er onder de oppervlakte toch wel veel te broeien. Zo blijken er nogal veel aandelen doodleuk in de buurt van hun laagste stand van het jaar te noteren en zijn zij ver verwijderd van de topnoteringen waarover je in de media zo veel kan lezen. Zijn beurzen duur? Het ligt er dus maar aan waar je naar kijkt. Veel aandelen zijn ronduit goedkoop. Maar inderdaad, dat zijn vaak wel de fondsen die niet in iedere portefeuille terug te vinden zijn.

Inflatie en omicron

Ook voor het vierde kwartaal jaar wordt er weer een forse stijging van de winstgevendheid verwacht. Het is maar de vraag of het bedrijfsleven aan deze verwachtingen kan blijven voldoen. De grootste bedreigingen lijken momenteel het opnieuw opgelaaide virus, nu in de vorm van omicron, en de hard oplopende inflatie. Die komen bovenop de gebruikelijke punten als geopolitieke spanningen, macrocijfers, valutaschommelingen en rentestijgingen. Hoewel het coronavirus is alle varianten vervelend is, kan de beurs daar best mee leven. Dat hebben we in de afgelopen twee jaar inmiddels wel geleerd. Natuurlijk, er vindt wel een verschuiving plaats van sectoren die er last van hebben naar sectoren die er juist van profiteren. Het virus zal een voortdurende eb-en-vloed op de beurzen blijven veroorzaken, maar zal niet de gamechanger worden die de koersen volledig op hun kop zetten. Uiteindelijk heeft de pandemie veel ontwikkelingen (hoge energieprijzen, hoge vervoerskosten, tekorten in de aanvoer) alleen maar verergerd, maar niet veroorzaakt. 

De echte bedreiging voor de beurzen in het komende jaar is de sterk opgelopen inflatie. Hoewel de ECB blijft volharden in haar stelling dat de inflatie slechts van tijdelijke duur is, lijkt de Federal Reserve daarvan inmiddels te zijn teruggekomen. Tijdens een hoorzitting in de Senaat verklaarde voorzitter van de Fed Jerome Powell dat het begrip ‘tijdelijk’ ten grave gedragen kan worden. Hij verwacht nog zeker tot medio 2022 met een hoge inflatie te maken zullen hebben. Het betekent dat het verkrappen van het ruime monetaire beleid versneld kan worden uitgevoerd en ook dat de rente eerder dan aanvankelijk verwacht kan worden verhoogd.

Hogere rente

En dan raken we meteen aan het heikele punt waar het volgend jaar allemaal om zal draaien en waar het eigenlijk nu al om draait. Een structureel hogere inflatie leidt uiteindelijk tot hogere rentes. Het einde van het zeer ruime monetaire beleid raakt in zicht. Dan kun je wachten op een brede herwaardering op de beurzen. Zijn we daar niet al mee begonnen? Want de komst van omicron lijkt niet meer dan een afleiding van waar het werkelijk om gaat. Hoewel, de komst van de nieuwe variant kan tot nieuwe lockdowns leiden met weer een toename van de bottlenecks in de economie tot gevolg. Het zal de inflatiedruk niet ten goede komen. Maar belangrijker, de opgelopen inflatie zal de centrale banken en overheden beperken in hun mogelijkheden opnieuw ruimhartig te hulp te schieten om de economie overeind te houden en ook overheden kunnen niet onbeperkt geld blijven rondstrooien.

Een ruim monetair beleid is bij een lage inflatie geen probleem. Jarenlang is het verkocht als een poging om de inflatie naar een hoger gewenst niveau op te jagen. Dat kan nu niet meer. Een inflatie van meer dan 6% snijdt diep in de portemonnee van de gewone man (en de kiezer). Inflatie lag ten grondslag aan veel politieke onrust in de historie. De Biden-regering ziet het gevaar maar al te goed. Inflatie zal over niet al te lange tijd volksvijand nummer één worden. De bestrijding ervan? Renteverhogingen. Jammer voor de beurs, maar de meeste gewone mensen (en kiezers) hebben toch niet veel aandelen maar zijn wel veel kwijt in de supermarkt. 

Het nieuwe jaar zal volledig overheerst worden door het inflatiespook. Enerzijds is geldontwaarding voor geen enkele belegging goed. Alles wordt immers minder waard. In absolute zin zullen beleggers dus rekening moeten houden met mindere rendementen. Anderzijds zullen beleggers in aandelen het in relatieve zin, afgezet tegen andere beleggingscategorieën, nog steeds aardig doen. Stel de inflatie bedraagt 5,6%. Spaargeld wordt dan snel minder waard terwijl er geen enkele vergoeding tegenover staat. Ook obligaties bieden nauwelijks uitkomst. Vastgoed? Ja, het eigen huis is redelijk waardevast (bij een tekort aan huizen) en wanneer gefinancierd met een hoge hypotheek snijdt het mes zelfs aan twee kanten. De lening wordt met de geldontwaarding minder waard. Alleen, voor de meeste mensen is hun huis geen beleggingsobject, maar een huis om in te wonen. Leuk als het in waarde stijgt, maar je gaat er niet mee speculeren. Daardoor blijft eigenlijk alleen de aandelenmarkt over.

Grondstoffen en sterke valuta

De voorkeur gaat daarbij uit naar aandelen van bedrijven met een sterke marktpositie. Hun concurrentiepositie geeft ze de ruimte om de gestegen kosten voor personeel, vervoer en grondstoffen door te berekenen aan de klant. Zodoende blijft de winst op peil. Bedrijven die niet zo'n sterke marktpositie hebben zullen hun winstgevendheid daarentegen fors zien uithollen. Die aandelen moet je dus niet hebben. Ook zullen bepaalde sectoren het beter doen dan andere en dan met name bedrijven in de grondstoffensector. Mijnbouwers en energieleveranciers zijn in tijden van inflatie geen verkeerde beleggingen. Hetzelfde geldt voor grondstoffen in het algemeen en voedingsproducenten. Bij Fintessa gaat de voorkeur ook uit naar sterke valuta, dat wil zeggen de dollar en de Zwitserse frank. Die doen het in tijden van onrust doorgaans wel goed. Obligaties? Daar kiezen we zo veel mogelijk variabele coupons en korte looptijden.

Aandelen blijven dus ook in 2022 de voorkeur houden, daar alles verkopen en het geld op rente zetten in tegenstelling tot vroeger geen serieuze optie lijkt, althans niet zolang de reële rente negatief is. De selectie van de juiste aandelen zal meer dan ooit belangrijk zijn. Gewoon beleggen in een index lijkt niet de aangewezen weg. Met een index koop je goede aandelen, maar je neemt ook veel ruis mee. Zie bijvoorbeeld de AEX-index dit jaar waar het verschil tussen het beste (ASMI) en het slechtste (Just Eat Takeaway) heel groot is. 

Sparen?

Kortom, in 2022 zullen aandelen voorlopig nog de voorkeur blijven houden tot de rente naar een niveau stijgt waarop het weer interessant wordt te sparen. Maar of dat ooit bereikt wordt? De wereld staat bol van de schulden en kan een serie renteverhogingen waarschijnlijk moeilijk aan. Het maakt het er voor de centrale banken niet eenvoudiger op. Er moet een ware balanceer-act worden uitgevoerd. Een spreiding over zoveel mogelijk verschillende sectoren blijft aan te bevelen. Regionale verdelingen doen nauwelijks ter zake, al kun je het beste voorzichtig zijn met de meeste emerging markets. 

Naast bovengenoemde ontwikkelingen moet ook de energietransitie niet vergeten worden. Door de jarenlange onderinvesteringen in vooral fossiele brandstoffen (olie, aardgas, steenkool) zullen deze waarschijnlijk in prijs blijven stijgen. Ze zijn gewoon hard nodig zolang de wereld het nog niet met alleen groene brandstoffen kan doen. Ondertussen zullen ook beleggingen in zonnepanelen, windmolens, waterstof, waterkracht en kernenergie het goed kunnen doen. Grote institutionele beleggers worden door toezichthouders steeds meer deze richting op gestuurd (groene taxonomie, ESG) en na verloop van tijd zullen steeds meer particuliere beleggers volgen. Alleen zullen beleggers in deze groene beleggingen moeten wennen aan de hogere volatiliteit. 

Kansen & Visies 2022  

De dollar en de Zwitserse frank, die doen het in tijden van onrust goed

Inflatie en omicron

Ook voor het vierde kwartaal jaar wordt er weer een forse stijging van de winstgevendheid verwacht. Het is maar de vraag of het bedrijfsleven aan deze verwachtingen kan blijven voldoen. De grootste bedreigingen lijken momenteel het opnieuw opgelaaide virus, nu in de vorm van omicron, en de hard oplopende inflatie. Die komen bovenop de gebruikelijke punten als geopolitieke spanningen, macrocijfers, valutaschommelingen en rentestijgingen. Hoewel het coronavirus is alle varianten vervelend is, kan de beurs daar best mee leven. Dat hebben we in de afgelopen twee jaar inmiddels wel geleerd. Natuurlijk, er vindt wel een verschuiving plaats van sectoren die er last van hebben naar sectoren die er juist van profiteren. Het virus zal een voortdurende eb-en-vloed op de beurzen blijven veroorzaken, maar zal niet de gamechanger worden die de koersen volledig op hun kop zetten. Uiteindelijk heeft de pandemie veel ontwikkelingen (hoge energieprijzen, hoge vervoerskosten, tekorten in de aanvoer) alleen maar verergerd, maar niet veroorzaakt. 

De echte bedreiging voor de beurzen in het komende jaar is de sterk opgelopen inflatie. Hoewel de ECB blijft volharden in haar stelling dat de inflatie slechts van tijdelijke duur is, lijkt de Federal Reserve daarvan inmiddels te zijn teruggekomen. Tijdens een hoorzitting in de Senaat verklaarde voorzitter van de Fed Jerome Powell dat het begrip ‘tijdelijk’ ten grave gedragen kan worden. Hij verwacht nog zeker tot medio 2022 met een hoge inflatie te maken zullen hebben. Het betekent dat het verkrappen van het ruime monetaire beleid versneld kan worden uitgevoerd en ook dat de rente eerder dan aanvankelijk verwacht kan worden verhoogd.

Kansen & Visies 2022  

Wanneer je de vooruitblik van allerlei deskundigen van bijvoorbeeld een jaar geleden erop naslaat, blijkt er weinig van al hun verwachtingen te zijn uitgekomen. Een jaar vooruit kijken is dan ook wel erg lang, maar goed. Het huidige jaar heeft nog een paar weken voor de boeg, maar lijkt ondanks de turbulentie van de laatste tijd op een mooi beleggingsresultaat af te stevenen met bovengemiddelde rendementen. Vorig jaar deed de AEX-index het vanaf maart ook al buitengewoon goed. Sinds de coronabodem – die iets onder de 400 punten lag – is de  AEX in een tijdsbestek van twintig maanden zo'n beetje verdubbeld in waarde. 

Deze ongekende rally werd aangezwengeld door een zeer ruim monetair beleid van de centrale banken en een zeer ruim fiscaal beleid van de overheden. Het eerste zijn we op de beurs al langer gewend. Feitelijk werd er mee begonnen tijdens de kredietcrisis in 2008. Het tweede hadden we sinds de economische crisis van de jaren 70-80 niet meer gezien. De gevolgen van dit ruime geldbeleid waren een historisch lage rente en een ware vloedgolf van geld richting economie en beurzen. Na verloop van tijd trad het economisch herstel in en kwamen ook de bedrijfsresultaten flink op stoom. Steeds weer bleken de gerapporteerde winsten stukken beter dan verwacht. Hoge winsten en een lage rente, geen wonder dat de beurzen stegen. De rally is daarmee wel verklaard en kwam niet uit de lucht vallen.

Alleen ontstaat er na zo'n forse rally gewoonlijk een vorm van euforie op de beurs. Nieuwe, onervaren beleggers treden toe. De koersen van diverse populaire aandelen worden tot ongekende hoogten opgedreven en er vindt na verloop van tijd een enorme concentratie plaats in een beperkte hoeveelheid succesvolle aandelen, de bekende namen die iedereen in zijn portefeuille heeft. Dat indices daardoor duur lijken komt door de niet bepaald goedkope zwaargewichten in die indices. Maar ondertussen blijkt er onder de oppervlakte toch wel veel te broeien. Zo blijken er nogal veel aandelen doodleuk in de buurt van hun laagste stand van het jaar te noteren en zijn zij ver verwijderd van de topnoteringen waarover je in de media zo veel kan lezen. Zijn beurzen duur? Het ligt er dus maar aan waar je naar kijkt. Veel aandelen zijn ronduit goedkoop. Maar inderdaad, dat zijn vaak wel de fondsen die niet in iedere portefeuille terug te vinden zijn.

Hogere rente

En dan raken we meteen aan het heikele punt waar het volgend jaar allemaal om zal draaien en waar het eigenlijk nu al om draait. Een structureel hogere inflatie leidt uiteindelijk tot hogere rentes. Het einde van het zeer ruime monetaire beleid raakt in zicht. Dan kun je wachten op een brede herwaardering op de beurzen. Zijn we daar niet al mee begonnen? Want de komst van omicron lijkt niet meer dan een afleiding van waar het werkelijk om gaat. Hoewel, de komst van de nieuwe variant kan tot nieuwe lockdowns leiden met weer een toename van de bottlenecks in de economie tot gevolg. Het zal de inflatiedruk niet ten goede komen. Maar belangrijker, de opgelopen inflatie zal de centrale banken en overheden beperken in hun mogelijkheden opnieuw ruimhartig te hulp te schieten om de economie overeind te houden en ook overheden kunnen niet onbeperkt geld blijven rondstrooien.

Een ruim monetair beleid is bij een lage inflatie geen probleem. Jarenlang is het verkocht als een poging om de inflatie naar een hoger gewenst niveau op te jagen. Dat kan nu niet meer. Een inflatie van meer dan 6% snijdt diep in de portemonnee van de gewone man (en de kiezer). Inflatie lag ten grondslag aan veel politieke onrust in de historie. De Biden-regering ziet het gevaar maar al te goed. Inflatie zal over niet al te lange tijd volksvijand nummer één worden. De bestrijding ervan? Renteverhogingen. Jammer voor de beurs, maar de meeste gewone mensen (en kiezers) hebben toch niet veel aandelen maar zijn wel veel kwijt in de supermarkt. 

Het nieuwe jaar zal volledig overheerst worden door het inflatiespook. Enerzijds is geldontwaarding voor geen enkele belegging goed. Alles wordt immers minder waard. In absolute zin zullen beleggers dus rekening moeten houden met mindere rendementen. Anderzijds zullen beleggers in aandelen het in relatieve zin, afgezet tegen andere beleggingscategorieën, nog steeds aardig doen. Stel de inflatie bedraagt 5,6%. Spaargeld wordt dan snel minder waard terwijl er geen enkele vergoeding tegenover staat. Ook obligaties bieden nauwelijks uitkomst. Vastgoed? Ja, het eigen huis is redelijk waardevast (bij een tekort aan huizen) en wanneer gefinancierd met een hoge hypotheek snijdt het mes zelfs aan twee kanten. De lening wordt met de geldontwaarding minder waard. Alleen, voor de meeste mensen is hun huis geen beleggingsobject, maar een huis om in te wonen. Leuk als het in waarde stijgt, maar je gaat er niet mee speculeren. Daardoor blijft eigenlijk alleen de aandelenmarkt over.

VISIE 2022
na verdubbeling
AEX in 20 maanden

Grondstoffen en sterke valuta

De voorkeur gaat daarbij uit naar aandelen van bedrijven met een sterke marktpositie. Hun concurrentiepositie geeft ze de ruimte om de gestegen kosten voor personeel, vervoer en grondstoffen door te berekenen aan de klant. Zodoende blijft de winst op peil. Bedrijven die niet zo'n sterke marktpositie hebben zullen hun winstgevendheid daarentegen fors zien uithollen. Die aandelen moet je dus niet hebben. Ook zullen bepaalde sectoren het beter doen dan andere en dan met name bedrijven in de grondstoffensector. Mijnbouwers en energieleveranciers zijn in tijden van inflatie geen verkeerde beleggingen. Hetzelfde geldt voor grondstoffen in het algemeen en voedingsproducenten. Bij Fintessa gaat de voorkeur ook uit naar sterke valuta, dat wil zeggen de dollar en de Zwitserse frank. Die doen het in tijden van onrust doorgaans wel goed. Obligaties? Daar kiezen we zo veel mogelijk variabele coupons en korte looptijden.

Aandelen blijven dus ook in 2022 de voorkeur houden, daar alles verkopen en het geld op rente zetten in tegenstelling tot vroeger geen serieuze optie lijkt, althans niet zolang de reële rente negatief is. De selectie van de juiste aandelen zal meer dan ooit belangrijk zijn. Gewoon beleggen in een index lijkt niet de aangewezen weg. Met een index koop je goede aandelen, maar je neemt ook veel ruis mee. Zie bijvoorbeeld de AEX-index dit jaar waar het verschil tussen het beste (ASMI) en het slechtste (Just Eat Takeaway) heel groot is. 

Sparen?

Kortom, in 2022 zullen aandelen voorlopig nog de voorkeur blijven houden tot de rente naar een niveau stijgt waarop het weer interessant wordt te sparen. Maar of dat ooit bereikt wordt? De wereld staat bol van de schulden en kan een serie renteverhogingen waarschijnlijk moeilijk aan. Het maakt het er voor de centrale banken niet eenvoudiger op. Er moet een ware balanceer-act worden uitgevoerd. Een spreiding over zoveel mogelijk verschillende sectoren blijft aan te bevelen. Regionale verdelingen doen nauwelijks ter zake, al kun je het beste voorzichtig zijn met de meeste emerging markets. 

Naast bovengenoemde ontwikkelingen moet ook de energietransitie niet vergeten worden. Door de jarenlange onderinvesteringen in vooral fossiele brandstoffen (olie, aardgas, steenkool) zullen deze waarschijnlijk in prijs blijven stijgen. Ze zijn gewoon hard nodig zolang de wereld het nog niet met alleen groene brandstoffen kan doen. Ondertussen zullen ook beleggingen in zonnepanelen, windmolens, waterstof, waterkracht en kernenergie het goed kunnen doen. Grote institutionele beleggers worden door toezichthouders steeds meer deze richting op gestuurd (groene taxonomie, ESG) en na verloop van tijd zullen steeds meer particuliere beleggers volgen. Alleen zullen beleggers in deze groene beleggingen moeten wennen aan de hogere volatiliteit. 

Technologie

Ondanks de gestegen inflatieverwachting en de te verwachten hogere rente zal ook de technologiesector van belang blijven. De sterkste spelers in deze sector kunnen wellicht tegen een herwaardering aanlopen als de rente oploopt, maar hun balansen zijn ijzersterk en hun producten heel erg nodig. 

Wat kunnen we verwachten? Van de volgende voorspelling komt waarschijnlijk toch niets uit, maar denk aan een sterke dollar, een wat hogere rente en grote onderlinge verschillen tussen aandelen. Een enorm waarderingsverschil tussen een beperkt aantal grote spelers en de achterblijvers is voorspelbaar. Beleggers mogen vervolgens waarschijnlijk tevreden zijn wanneer ze het jaar kunnen afsluiten met een positief rendement. Het gemiddelde rendement over de afgelopen drie jaar komt dan meer in de richting van het langjarig gemiddeld rendement dat je op aandelen mag verwachten. Dat is voor aandelen gemiddeld ergens rond 7-9% per jaar. 

De dollar en de Zwitserse frank, die doen het in tijden van onrust goed